Blog Post

LEPTOSPIROSE, ziekte van Weil

Diane Sari • Apr 22, 2024

WAT U EROVER ZOU MOETEN WETEN

*LEPTOSPIROSE, ZIEKTE VAN WEIL*

De vaccinatie tegen de ziekte van Weil (L4) wordt standaard jaarlijks gegeven aan honden.

Voordat u besluit om uw hond te laten vaccineren is het belangrijk om te weten hoe waarschijnlijk het is dat uw hond een Lepto besmetting zou kunnen oplopen. Want de Lepto vaccinatie kan een belastende en risicovolle vaccinatie zijn vanwege de soort vaccinatie en de mogelijke bijwerkingen. Het is belangrijk om u hiervan bewust te zijn als u een keuze maakt om deze vaccinatie wel of niet te geven.

De ziekte Leptospirose wordt verspreid door Leptospira bacteriën. Deze worden overgebracht door urine van geïnfecteerde dieren. Ratten zijn de belangrijkste dragers maar ook honden, varkens en zelfs paarden kunnen de bacterie bij zich dragen. De bacterie komt via geïnfecteerde urine in water en in de bodem terecht en kan daar weken tot maanden overleven. Honden lopen een risico op Lepto besmetting als ze een wondje of beschadigde huid hebben en dan in contact komen met de bacterie door besmet water te drinken of erin zwemmen.

*RISICO'S*

Vaccinaties tegen bacteriën zoals Lepto werken korter en slechter dan vaccinaties tegen virussen zoals de DHP (Distemper, Hepatitis en Parvo). Het is een dood vaccin, dat wil zeggen dat er geen intacte ziekteverwekkers in zitten. Het immuunsysteem reageert hier niet voldoende op en daarom zijn er aan dode vaccins stoffen (adjuvans) toegevoegd om het immuunsysteem aan te zetten tot het aanmaken van antistoffen.

Dode vaccins werken maar kort en moeten na de eerste toediening na 3-4 weken nog een keer geboosterd worden om een hoger aantal antilichamen te verkrijgen. De L4 wordt meestal twee keer gegeven aan pups op de leeftijd van 9 en 12 weken en kan behoorlijk belastend zijn voor het nog niet volgroeide immuunsysteem van een pup.

Als een hond op een natuurlijke manier een besmetting oploopt gebeurt dit meestal via de slijmvliezen van ogen, mond, neus of het maag-darmkanaal. Die slijmvliezen vormen al een deel van de barrière en zorgen er in de meeste gevallen voor dat de ziekteverwekker het lichaam niet in komt. 

Bij een vaccinatie worden de ziektekiemen of delen daarvan ingespoten en worden een aantal stappen in de natuurlijke afweer overgeslagen. Een dier loopt normaal maar één ziekte tegelijk op, maar bij de 3-jaarlijkse vaccinatie worden er gemiddeld wel 7 (!) tegelijk ingespoten omdat de L4 wordt gebruikt om de DHP vaccinatie in op te lossen, zodat een hond een combinatie van 4 bacteriën en 3 virussen geïnjecteerd krijgt. Sommige honden krijgen op hetzelfde moment dan ook nog Kennelhoest en Rabiës: een onmogelijke hoeveelheid ziekteverwekkers in één keer.

Een vaccin is altijd een beetje verontreinigd met de voedingsbodem waar de ziektekiemen op gekweekt zijn. Dit zijn voor het lichaam vreemde eiwitten waar het immuunsysteem ook op reageert. En om het vaccin goed te houden wordt er een conserveermiddel aan toegevoegd.

Dit geheel vormt een flinke belasting voor het immuunsysteem.

Sinds de wijziging van het Lepto vaccin van 2 naar 4 serovars in 2013 is er een stijging in de melding over negatieve bijwerkingen na deze vaccinatie. Ik heb bij een aantal dierenartsen nagevraagd of zij in hun praktijken meldingen krijgen van problemen met het Lepto 4 vaccin. Zij zeggen allen van niet, maar zij gaan uit van een klacht die ontstaat binnen maximaal 24 uur na toediening.

De meest voorkomende gemelde bijwerkingen na toediening van de Lepto 4 vaccinatie:

Nier schade, onbehandelbare huidontstekingen, verhoogd risico op kanker door de toevoegingen in het vaccin, braken en diarree, allergieën, astma, atopische reacties, anafylactische shock, immuun gerelateerde ziektes en overlijden.

*WAT ZIJN DE SYMPTOMEN VAN LEPTOSPIROSE?*

De klinische symptomen van een Leptospirose infectie hangen af van de algehele gezondheidstoestand en leeftijd van uw hond. De symptomen openbaren zich 4-12 dagen na blootstelling aan de bacterie: koorts, spierpijn, overgeven, diarree, verlies van eetlust, sloomheid en bloed in de urine. Lepto tast voornamelijk de nieren en lever aan, hierdoor kunnen huid en oogwit gelig worden.

*BEHANDELING*

Leptospirose is goed te behandelen met antibiotica als het tijdig gediagnosticeerd wordt.

*HOE GROOT IS DE KANS DAT UW HOND LEPTOSPIROSE KRIJGT?*

Er zijn ongeveer 230 serovars voor Leptospirose. Daarvan komen er een stuk of 15 voor in Nederland, 9 hiervan zijn ziekteverwekkend en sinds 2013 zitten er 4 in het vaccin. Maar als een ongevaccineerde hond in aanraking is gekomen met een Leptospirose bacterie wil dit niet zeggen dat hij ook daadwerkelijk ziek zal worden. Het is zelfs zo dat veel honden geen ziektesymptomen vertonen. Van de honden die wel symptomen vertonen overlijden er ongeveer 10%.

In de USA is een studie gedaan bij 33.000 honden waarvan 8% anti lichamen bleek te hebben tegen Lepto. Zij hadden de infectie zelf overwonnen. Uit deze studie kwam echter ook naar voren dat een aantal honden die gediagnosticeerd werden als lijdend aan Leptospirose, helemaal geen Lepto hadden.

*HOE KAN DAT?*

Op het moment dat een hond recent gevaccineerd is tegen Lepto beïnvloedt dit de diagnostische bloedonderzoeken. Als u met uw zieke hond naar de dierenarts gaat en hij wordt getest op Lepto en de hond is hier recent tegen gevaccineerd, dan test hij positief op Lepto. Of hij de ziekte nu daadwerkelijk heeft of niet. De gebruikelijke bloedtesten kunnen het verschil niet laten zien tussen antistoffen uit het vaccin en de echte ziekte. Dit kan wel met een speciale bloedtest zoals deze uitgevoerd wordt op de Universiteitskliniek in Utrecht, hiermee kunnen antistoffen aangetoond worden. Voordat dit gedaan wordt zijn er echter meestal al kostbare dagen verloren gegaan.

Judith de Cava schrijft in haar boek: "Vaccination: Examining the Record" over de Lepto vaccinatie:

"Geeft u de vaccinatie niet dan heeft uw hond een kleine kans op het oplopen van de ziekte.

Geeft u de vaccinatie wel dan loopt uw hond een klein risico om de ziekte te krijgen en een aanzienlijke kans op vaccinatieschade".

Dr Ronald Schultz, professor, PhD, immunoloog, schrijft: "Ik zie nog steeds een groot percentage (30%) honden die niet beschermd zijn na het L4 vaccin. Daarnaast veroorzaakt het Leptospirose vaccin, van alle bacteriële vaccins, de meeste bijwerkingen. Het vaccin biedt maar 3 tot 12 maanden bescherming".

De WSAVA (World Small Animal Veterinary Association) zegt in zijn richtlijnen het volgende over het Lepto vaccin:

🔸“Het Leptospirose vaccin hoort niet standaard in het vaccinatieschema en is met nadruk géén core vaccinatie, dat wil zeggen dat deze vaccinatie niet standaard jaarlijks gegeven zou moeten worden. Er dient per land en per individu bekeken te worden hoe groot de infectiedruk en het risico op besmetting is. Dit is o.a. afhankelijk van het leefgebied van de hond en zijn leefgewoonten."

🔸“De aanwezigheid van antilichamen na Lepto vaccinatie is maar voor een beperkt aantal maanden gegarandeerd, variërend van 3 tot 12 maanden en de effectiviteit is vaak minder dan 70%".

BELANGRIJKE OVERWEGINGEN voor u besluit of u de Lepto vaccinatie wel of niet aan uw hond(en) laat geven:

🔹Hoeveel risico loopt uw hond nu echt? Hoeveel honden worden er jaarlijks ziek of overlijden ten gevolge van Leptospirose, welke cijfers zijn er bekend en waar zijn die te vinden? Er is voor dieren geen meldingsplicht voor de ziekte. Schattingen gaan uit van 30-100 ziektegevallen per jaar.

🔹Hoeveel honden die ziek werden waren wel, en hoeveel waren er niet gevaccineerd. Welke bacterie was verantwoordelijk voor de ziekte, een van de 4 in de vaccinatie of een andere die niet in de vaccinatie zit?

🔹Waarom worden alleen honden gevaccineerd? Ook mensen kunnen de ziekte van Weil krijgen en er is sinds 2022 een vaccin beschikbaar, Spirolept, maar zelfs mensen in hoog risicoberoepen zoals rattenvangers, grond- en slootwerkers en boeren worden niet standaard gevaccineerd. Paarden, koeien, schapen en andere zoogdieren kunnen ziek worden en worden niet gevaccineerd.

🔹Een vaccin tegen virussen beschermt tegen virale infecties zoals Parvo, Hepatitis en Hondenziekte doordat het lichaam als reactie op het toegediende vaccin antistoffen aan gaat maken tegen deze ziektes. Het bacteriologische Lepto vaccin vermindert alleen de ernst van symptomen als de hond in aanraking komt met de bacterie en ziek wordt. Het voorkomt de ziekte zelf niet! Dit staat zelfs genoemd in de bijsluiters van de verschillende Lepto vaccinaties: “voor het verminderen van infectie en uitscheiding via de urine…”

🔹Men zegt dat de ziekte van Weil niet te titeren is, dwz dat de antistoffen wel te meten zijn maar deze verdwijnen vrij snel uit het lichaam. Hoe weet u dan dat uw hond op dat moment nog wel beschermd is? De fabrikant stelt dat de geldigheidsduur van de L4 vaccinatie tegen Leptospirose / ziekte van Weil een jaar is. Dat is iets anders dan de werkingsduur, die varieert van 3 tot 12 maanden.

Als u kiest voor vaccinatie adviseer ik om de Lepto 4 te laten geven in het voorjaar of de vroege zomer omdat de Lepto bacteriën actief zijn bij hogere temperaturen.

🔹In Nederland worden pups standaard gevaccineerd met de L4 vanaf de leeftijd van 9 weken en daarna nog een keer met 12 weken. U kunt er voor kiezen om uw pup later te laten vaccineren met de L4 en in ieder geval niet tegelijkertijd met een DHP of eventuele Rabiës vaccinatie. 

Dierenartsen gebruiken standaard de vloeistof van de Lepto 4 vaccinatie om de DHP vaccinatie voor Parvo, Hepatitis en Hondenziekte in op te lossen, ook bij pups vanaf 9 weken. Veel dierenartsen melden dit niet aan de eigenaar of zeggen dat de DHP vaccinatie niet anders toegediend kan worden dan opgelost in de L4 vaccinatie. Dit is niet zo. Hiervoor kan een fysiologisch zoutoplossing gebruikt worden maar daar moet u als eigenaar wel zelf bij de dierenarts om vragen.

🔹In de bijsluiter van de L4 vaccinatie staat met nadruk “Vaccineer alleen gezonde dieren.” Heeft uw hond een chronische aandoening, epilepsie, een auto- immuunaandoening of kanker, laat hem of haar dan titeren voor de DHP en geef de L4 niet.

Het besluit om wel of niet tegen Leptospirose te vaccineren is een afweging die voor iedere hond en iedere eigenaar een individuele keuze zou moeten zijn. Het is goed om u bewust te zijn van de beperkingen die deze vaccinatie heeft in duur en bescherming, de officiële adviezen van de WSAVA en of uw hond daadwerkelijk een verhoogd risico loopt.

Helaas is het dus nog niet mogelijk een titerbepaling af te nemen voor Leptospirose. Het is wel mogelijk om uw hond indien nodig te beschermen door middel van homeopathische profylaxe.

Meer weten? 

☎️ 06-54278815 

📧 zimadierenhomeopathie@kpnmail.nl

Diane Sari

Bronnen:

www.rivm.nl
www.wsava.org
www.dogsnaturallymagazine.com/leptospirosis-vaccine/
www.dogsnaturallymagazine.com/leptospirosis-vaccine-side-e…/
www.vaccicheck.nl
https://www.catherineodriscoll.com/what-vets-dont-tell-you-…
https://www.dogsnaturallymagazine.com/vaccine-catherine-od…/
http://nvkp.nl/veel …/zijn-er-alternatieven-voor-vaccinaties/
www.alternativevet.org
http://peterdobias.com/ …/11014173-study-on-duration-of-immu…
http://www.orthomedique.nl/ …/16-wetenschap-van-vaccinatiesc…
http://www.diergeneeskundigcentrum.nl/hond/entingen
http://nvkp.nl/faq/wat-zijn-vaccins/
http://www.dogsnaturallymagazine.com/lifelong-immunity-aaha/
http://www.dogsnaturallymagazine.com/puppy-vaccinat




Dieren, homeopathie & gezondheid

By zimadierenhomeopathie 13 Dec, 2023
Een gezonde toevoeging aan de voeding
By zimadierenhomeopathie 06 Apr, 2023
WORMEN, ontwormen en natuurlijke alternatieven
By Diane Sari 26 Jan, 2023
GIARDIA, een (chronische) infectie met een staartje… In mijn praktijk kom ik met regelmaat dieren tegen die als pup of kitten te maken hebben (gehad) met giardia. Dit wordt vaak behandeld met standaard reguliere medicatie, waarna de meeste dieren weer gezond worden verklaard. Maar bij een aantal dieren blijft de infectie hardnekkig aanwezig waarna nog een kuur medicatie volgt. En soms nog een… en nog een… Als eigenaar iets om wanhopig van te worden en voor je dier een flinke aanslag op zijn gezondheid. Bij een aantal van deze dieren ontstaan er na maanden of jaren chronische klachten die allemaal terug te leiden zijn naar een eerdere giardia besmetting. Klachten zoals bijvoorbeeld overgevoeligheid voor bepaalde voeding, huidproblemen, jeuk, roodheid, allergische reacties, gedragsafwijkingen, steeds terugkerende infecties, overbelasting van de lever, nieren en lymfe, vermoeidheidsklachten en meer. Wat is giardia? Giardia is een eencellige parasiet die voorkomt in de darmen van honden, katten en wilde dieren. Giardia is een zoönose, dat wil zeggen dat je hond of kat deze parasiet over kan dragen op andere dieren, maar ook op mensen, al komt dat gelukkig niet vaak voor. Giardia is “endemisch” en de kans op besmetting is redelijk groot, afhankelijk van de plekken waar je je hond uitlaat en zijn leefomgeving. Een dier kan giardia oplopen door het opeten van ontlasting die giardia cystes bevat, door contact met besmette cystes in de ontlasting van andere dieren en door contact met cystes in water, op gras, zand en aarde. De meeste dieren worden niet ziek van giardia en krijgen geen of nauwelijks klachten. Dieren die er ziek van worden hebben meestal een verminderde weerstand. Giardia kan bij dieren van alle leeftijden voorkomen, waarbij jonge dieren over het algemeen in de meerderheid zijn. Dat komt omdat de darmflora en het immuunsysteem van jonge dieren nog in opbouw zijn en pas rond een jaar helemaal gevormd zijn. Dat maakt ze tot die tijd extra kwetsbaar. Als jonge dieren op de leeftijd van 8 – 12 weken naar een nieuwe eigenaar gaan dan geeft deze omschakeling altijd extra stress en dus een verhoogde kwetsbaarheid. Daarnaast komen ze vanuit een omgeving met bekende “ziekteverwekkers” in een situatie waarin ook deze ziekteverwekkers anders zijn en moet hun lichaam hier opnieuw aan wennen. Het is altijd goed om pups en jonge honden wat extra te ondersteunen in deze periode om ze te helpen om gezond te blijven. Als een ouder dier (opnieuw) besmet wordt met giardia dan is er altijd sprake van verminderde weerstand van het dier. Giardia ziet er uit als een peervorm met zweephaartjes die het gebruikt om zich voort te bewegen. Met behulp van een soort zuignap hecht de parasiet zich vast aan de darmwand, die hierdoor ernstig beschadigd kan worden. Door zichzelf te delen kan het zich vermenigvuldigen. In deze toestand, als peervorm - ook wel trofozoïet genoemd - kan giardia niet buiten het lichaam overleven. Komt hij met de ontlasting aan het eind van het darmkanaal dan vormt hij een beschermende laag om zich heen en wordt inactief. De parasiet zit dan in een cyste. De besmettelijke cysten kunnen niet goed tegen droogte en hitte maar kunnen maandenlang overleven in een vochtige, koele omgeving. Als een cyste wordt opgenomen via de mond of bek komen er, na contact met maagzuur, weer trofozoïeten uit die voortbewegen en zich gaan vermeerderen. In de darmen veroorzaakt giardia veel schade aan de darmwand en leidt het tot een veranderde bacterieflora in de dunne darm. Dit heeft gevolgen voor de opname van voedingsstoffen. De klachten die passen bij giardia kunnen variëren van redelijk mild tot heel heftig. Ze kunnen komen en gaan en kunnen maandenlang aanhouden als de besmetting niet wordt behandeld. De symptomen van een giardia besmetting * Wisselende, stinkende, brijige diarree, soms met slijm en bloed * Ontlasting met afwijkende kleur en geur. Bij sommige dieren is de ontlasting vettig * Buikkrampen, braken en misselijkheid * Verstoorde opname van voedingsstoffen, het dier wordt mager * Verminderde eetlust, vermoeidheid en lusteloosheid * Soms laten dieren een opvallend drukker gedrag zien Hoe komt je er achter dat je dier besmet is? Als je dier bovenstaande klachten heeft is het raadzaam om zijn ontlasting te laten onderzoeken. Dat kan bij de dierenarts of bij VPL het Woud (www.wormbestrijding.nl). De ontlasting wordt getest, bijvoorbeeld met een SNAP test of de flotatie test. Helaas is geen enkele test 100% betrouwbaar. Het komt weleens voor dat met een test de parasiet niet gevonden wordt, terwijl het dier wel besmet is. Reguliere behandeling De eerste keus medicatie in een reguliere behandeling is vaak fenbendazol (Panacur), meestal gedurende 3-5 dagen. Als het dier klachten blijft houden en de hertest ook positief is dan wordt de behandeling met Panacur meestal nog een keer herhaald of wordt er gekozen voor Metronidazol. Dat doodt helaas in veel gevallen niet alle parasieten; er is inmiddels al sprake van een toenemende resistentie van de giardia stammen tegen Metronidazol (Lalle and Hanevik 2018). Metronidazol is een antibioticum, het heeft naast een parasiet dodende werking dus ook een bacterie dodende werking met negatieve effecten op de darmflora. Door (herhaald) gebruik van Metronidazol kan er een dysbacteriose ontstaan waardoor de klachten blijven aanhouden. Als een kuur Panacur en/of Metronidazol niet voldoende effect heeft dan kan dit betekenen dat er sprake is van herbesmetting of dat de darmen ernstig zijn beschadigd. Iedere keer opnieuw de kuur verlengen heeft geen zin. Dan is het zinvoller om de darmflora te gaan ondersteunen zodat de darmen kunnen herstellen. Uit een artikel van de Universiteitskliniek Utrecht: “Opnieuw testen is alleen nuttig als het dier nog klinische symptomen vertoont. Wanneer de test [na behandeling] nog steeds positief is, duidt dat mogelijk op een andere oorzaak van de klachten of recidief, bijvoorbeeld door onvoldoende werkzaamheid van de gebruikte medicijnen of tekortschieten van de therapietrouw. De test kan ook reageren op aanwezige cystewand-eiwitten of op (vooral) een herinfectie. Daarnaast kan Giardia immunologische veranderingen binnen en buiten het maagdarmkanaal opwekken waardoor chronische symptomen blijven bestaan. Voor een gezond individu zonder klinische symptomen met een positieve Giardia-test wordt geen [reguliere] therapie geadviseerd.” https://www.uu.nl/.../art._giardia_deel_2_tvd_aug_2015-1.pdf Complementaire, natuurlijke behandeling Omdat giardia zoveel voorkomt heb ik hiervoor een behandelplan uitgewerkt waarbij voeding een rol speelt, in samenwerking met middelen die de eigen afweer van het dier versterken. Ik werk met een combinatie van homeopathie, Spagyriek en/of orthomoleculaire suppletie. Dit behandelplan kun je als ondersteuning naast een reguliere behandeling toepassen maar het kan ook als een op zichzelf staande behandeling ingezet worden. Mocht je hier meer informatie over willen, neem dan gerust contact met me op. zimadierenhomeopathie@kpnmail.nl 06-54278815
By Diane Sari 17 Mar, 2021
Natuurlijk afweermiddel tegen vlo, teek, worm, parasiet voor hond, kat en paard.
By Diane Sari 14 Feb, 2020
Botten bouillon is een gezonde toevoeging aan het voer voor uw hond en kat
By Diane Sari 08 Jan, 2020
De gevaren van Apoquel
By zimadierenhomeopathie 19 Jul, 2017
HDT, Homeopathic Detox Therapy
By zimadierenhomeopathie 16 Nov, 2016
Vuurwerkangst behandeling met homeopathie
By zimadierenhomeopathie 15 Nov, 2016
Een artikel over vaccineren en alternatieven
By Diane Sari 15 Nov, 2016
22 juli 2016 Ieder voorjaar komen de vlooien en teken weer tevoorschijn. Deze plaag lijkt steeds heftiger te worden en deze beestjes kunnen voor akelige gezondheidsproblemen zorgen. Omdat chemische bestrijdingsmiddelen op de omgeving prima werken maar veel bijwerkingen kunnen hebben op een dier zelf, vroeg ik mij af of het mogelijk is om honden op een natuurlijke manier te ondersteunen in hun afweer tegen parasieten. Wat is een parasiet: Een parasiet is een levensvorm die zich ten koste van een ander organisme waarmee hij samenleeft (de gastheer) in stand houdt en vermenigvuldigt. De schade aan de gastheer is niet zo groot dat deze aan de relatie ten onder gaat. Hij leeft permanent of tijdelijk in of op zijn gastheer en onttrekt hieraan zijn voedsel. Parasieten proberen voortdurend hun eigen plek in of op het dier vast te houden en de gastheer moet met behulp van zijn afweersysteem proberen deze parasieten te weren om er zo min mogelijk last van te hebben. Dieren kunnen ziekteverschijnselen krijgen van parasieten zoals -een allergische reactie op vlooien en tekenbeten -ziektes die door teken worden overgebracht zoals lyme, babesiosis -vlooien zijn de tussengastheer voor de lintworm Er bestaan veel reguliere / chemische anti vlooien en tekenmiddelen die verkrijgbaar zijn bij de dierenarts, in dierenspeciaalzaken of via het internet. Ze zijn er in tablet vorm, spot-on, shampoo en banden. Deze middelen bevatten bijna zonder uitzondering behoorlijk heftige chemische bestanddelen die niet alleen inwerken op het (neurologische) systeem van de vlo of teek maar ook bij hond of kat heftige reacties kunnen geven. Een aantal bijwerkingen die genoemd worden n.a.v. het gebruik van reguliere anti vlo en teken middelen (deze lijst is niet compleet): -Huid-overgevoeligheid: jeuk, krabben, wrijven, haarverlies en roodheid op de toedieningsplaats -Lusteloosheid -Gedragsveranderingen: agitatie, rusteloosheid, janken -Gastro-intestinale symptomen: braken, diarree, kwijlen, verminderde eetlust -Neurologische verschijnselen zoals onregelmatige bewegingen en spiertrillingen -Anafylactische shock -Overlijden Een vaak gezien probleem is daarbij dat een hond die veel last heeft van vlooien en teken vaak ook gevoelig is voor anti-parasitaire middelen, met soms heftige reacties tot gevolg. Er is zelfs een hele Facebook pagina gewijd aan de bijwerkingen en – soms dodelijke – reacties op het Bravecto en gelijkwerkende middelen zoals Nexguard, Simparica, Comfortis en meer. Naast de reguliere bestrijdingsmiddelen zijn er ook nog een groot aantal alternatieve methoden om vlo en teek de baas te blijven, zoals het gebruik van barnsteentjes, knoflook, neempoeder, diatomeeënaarde, tic-clips en kruiden. Deze middelen worden met wisselend succes ingezet en waar de ene eigenaar laaiend enthousiast is, doet het schijnbaar voor andere dieren niets. Wat kunt u als eigenaar doen? Allereerst is het belangrijk om de weerstand van uw hond zo optimaal mogelijk te houden. Factoren die hierbij een rol spelen zijn o.a. een stressvrije omgeving, goede huisvesting, voeding en verzorging die zoveel mogelijk is aangepast aan de behoeftes van het dier. Daarnaast is er echter ook een verschil in de individuele gevoeligheid van dieren die maakt dat de individuele reacties op parasieten kunnen verschillen. De meeste eigenaren kennen in hun omgeving wel honden die erg gevoelig zijn en last hebben van vlooien en / of teken, terwijl andere dieren in hetzelfde huishouden, die hetzelfde voer krijgen, op dezelfde manier verzorgd worden en op dezelfde plekken uitgelaten worden, schijnbaar immuun zijn voor deze parasieten. Dieren met een verzwakt immuunsysteem zoals oudere honden of honden met een chronische aandoening, pups waarvan het immuunsysteem nog volop in ontwikkeling is en dieren die veelvuldig gevaccineerd zijn hebben vaker te kampen met hardnekkige vlooien en teken besmetting. Hoe sterker het immuunsysteem, hoe sterker de weerstand van het dier tegen een ziekteverwekker. Maar ook het mentale aspect kan een rol spelen: vaak zijn honden die gevoelig zijn voor parasieten honden die ook mentaal gevoelig zijn. Ze zijn als het ware fysiek en mentaal “slecht afgegrensd”. Door preventief een aantal natuurlijke middelen in te zetten om de weerbaarheid te vergroten en het immuunsysteem te versterken krijgt de hond minder last van vlooien en teken en een minder heftige reactie op hun aanwezigheid. Meer weten? Neem dan geheel vrijblijvend contact op.
Share by: